Het stof rond de aanstelling van Henk Van Rhee als wethouder is nog niet gaan liggen. In mijn tijdlijn verschijnen berichten en reacties, onder anderen naar aanleiding van een blog van iemand die sprak over zijn ervaring met Different. Ik was eigenlijk benieuwd wanneer die persoon bij Different was. Helaas kon ik dat niet zo snel ontdekken. Waarom is dat relevant?
In de jaren 2010-2011 was er spraken van een professionalisering bij Different. Hoewel niet duidelijk in de media werd gesproken over afstand van het verleden, heb ik toch het idee dat het op dat moment voor een groot deel van de medewerkers menens was om goede zorg te verlenen, zonder meteen een celibataire leefwijze op te legen en al helemaal niet om de verwachting van verandering/ genezing te bevorderen. Dat is de Different die in 2012 door de inspectiedienst werd onderzocht en goedgekeurd. Op deze goedkeuring beroept Van Rhee zich ook. Of dat terecht is, is maar de vraag, gezien de latere vertrek van de team en de heraanstelling, door Van Rhee, van een medewerker die op non-actief werd gesteld, nadat hij in het programma Undercover werd betrapt op uitspraken die Different in de verlegenheid bracht.
Helaas leidde het oproer van 2012 uitendelijk tot het terugdraaien van die professionalisering en het vertrek van een aantal medewerkers die daarmee bezig waren.Wat ik vandaag de dag van Different moet vinden, is me daarom niet duidelijk. Wellicht zou Different duidelijkheid kunnen geven door publiekelijk afstand te nemen van het gedachtegoed van Leanne Payne en excuses aan te bedieden aan LHBTers die in het verleden hebben geleden onder die aanpak.
Wat Van Rhee betreft ben ik overigens niet meteen negatief. In een term als 'onze democratie' hoor ik een ander geluid dan wat ik soms in zijn columns op Habakuk las. Dat vind ik positief. Een van de problemen van orthodoxen is nou juist dat ze vaak voelen dat er voor hen geen plaats in de maatschappij is. Door iemand als Van Rhee de ruimte te geven deel te nemen aan het bestuur, wordt juist duidelijk dat die ruimte er wel degelijk is, mits ze bereid zijn om anderen in de maatschappij dezelfde rechten van vrijheid van overtuiging gunnen die ze voor zichzelf claimen. Ik begrijp de vragen van voormalige cliënten van Different en andere LHBT's maar a te goed. Een soort heksenjacht ondersteunen, lijkt me echter contraproductief voor de samenleving als geheel. Als we beter begrip willen binnen orthodoxe kringen moeten we ze juist de kans geven op de marktplein met elkaar in gesprek te gaan in plaats van ze naar de andere kant van een computerscherm of de binnenkant van een kerk te verbannen.
Van Rhee mag dan wel verwachten dat de maatschappij, vooral degenen die eerder door zijn stellingname in columns op Habakuk en de stellingname van THDV zijn gekwetst, hem goed in de gaten zal houden om te zien of zijn uitspraken over 'onze democratie' ook menens is.
Nu heb ik niet al te veel tijd om na te gaan of mijn formuleringen en redenaties wel kloppen en zo, maar dit zijn in ieder geval wat ruwe gedachten.
*Inmiddels heb ik kunnen achterhalen dat degene die de blog schreef nog rond 2011-2012 bij Different was en dat in ieder geval minstens één medewerker toen nog steeds de ideeën en zelfs boeken van Leanne Payne promootte. Des te meer reden dat Different een keer helderheid over hun standpunt geeft, daar Payne duidelijk de verwachting van genezing/verandering promoot.
Euboulos
Soms scherp en ongenuanceerd, maar wel goed bedoeld.
woensdag 30 april 2014
maandag 17 februari 2014
RefoAnders
Een tijdje geleden merkte iemand in een gesprek op dat
het opvallend stil is bij RefoAnders. De reden voor deze stilte in een periode
waarin er intense gesprekken zijn over het opdoeken van Exodus International en
de rol van Christenen in de vervolging van homo's in Rusland en Afrika werd
afgelopen weekend duidelijk toen ik een berichtje las over de rechtszaak tegen
de oprichter en drijvende kracht achter RefoAnders. Het Nederlands Dagblad
berichtte er kort over en op de site van CIP stond een meer uitgebreide bericht
met een verwijzing naar de uitspraak van de rechter. Het RD houdt het bij een
mager berichtje waarin het verband tussen de veroordeelde en de organisatie
RefoAnders in alle talen wordt verzwegen. Het bericht zelf spreekt boekdelen
spreekt over de onbespreekbaarheid van homoseksualiteit in sommige
kringen. Het hele bericht mag helaas niet worden geciteerd, maar is als
het goed is nog ongewijzigd te lezen op de site van het RD. Enkele frases uit het bericht:
De rechtbank
in Middelburg heeft donderdag de 52-jarige J. Q. veroordeeld ..., voor seksueel
misbruik van zijn zoontje vanaf 10-jarige leeftijd.
Het seksueel
misbruik speelde zich af in de periode 1998-2003 Q., die homogevoelens heeft,
heeft deels bekend. De man, behorend tot de reformatorische kring, misbruikte
ook een andere zoon.
De zwijgzaamheid over het verband met RefoAnders is
des te meer opmerkelijk als de uitgebreide berichtgeving van het RD over
homoseksualiteit op andere gebieden in acht worden genomen. De krant houdt
onder anderen een uitgebreid dossier bij over het zogenaamde 'homohuwelijk'
wereldwijd.
De uitspraak van de rechtbank
Omdat de berichtgeving veel vragen onbeantwoord liet,
las ik de uitspraak van de rechtbank in
Middelburg . Ik kan de uitspraak alleen maar beschrijven als huiveringwekkend.
Zelfs de zakelijke taal van de uitspraak verhult niet de drama van de verzwegen
en verdrongen seksualiteit in het gezin. Wat een tragedie is toch de
verwijdering tussen vader en zoon als een zoon later concludeert dat de handelingen
van zijn vader alle grenzen heeft overschreden. Vader werd verdachte en zoon
werd aangever. Een zoon wenst niet langer de naam van zijn vader te
dragen. En wat zeg je als vrouw, als moeder, wanneer je hoort dat er in je
eigen bed dingen gebeurden terwijl je ernaast lag. Zag je dat toen en wilde je
dat liever niet zien omdat het onbespreekbaar was? Of vraag je hoe dat kon dat
je er niets van merkte? Ik moet huilen om je. Ik weet alleen maar dat je had
gewild dat het allemaal anders was gegaan. Anders. Maar hoe?
De verdachte
En de verdachte dan? De uitspraak van de rechter liegt
er niet om. Dit mag een vader niet doen. Punt.
De hardere uitspraken van sommige over de verdachte
deel ik echter niet meteen. Ik denk dat de verdachte zelf ook heeft geleden. De
verdediging:
'Benadrukt wordt dat de handelingen plaatsgevonden vanwege de in die periode nog verborgen homogevoelens die verdachte had. Verdachte wist niet hoe daarmee om te gaan. Verdachte heeft zijn oprechte excuses aangeboden aan aangever.'
Zijn gedrevenheid om homoseksualiteit bespreekbaar te maken in eigen kring begrijp ik nu beter. Daarmee heeft hij zichzelf ergens misschien ook juist kwetsbaar gemaakt. Als hij nooit artikelen schreef en als woordvoerder van RefoAnders optrad, was de berichtgeving waarschijnlijk bij een mededeling van enkele regels gebleven of heeft dat misschien nooit eens het nieuws gehaald, zoals bij verschillende andere soortgelijke drama's het geval is. Ik denk dat de verdachte hoopte dat meer openheid over het onderwerp misschien zou zorgen dat zoiets minder snel gebeurt.
'Benadrukt wordt dat de handelingen plaatsgevonden vanwege de in die periode nog verborgen homogevoelens die verdachte had. Verdachte wist niet hoe daarmee om te gaan. Verdachte heeft zijn oprechte excuses aangeboden aan aangever.'
Zijn gedrevenheid om homoseksualiteit bespreekbaar te maken in eigen kring begrijp ik nu beter. Daarmee heeft hij zichzelf ergens misschien ook juist kwetsbaar gemaakt. Als hij nooit artikelen schreef en als woordvoerder van RefoAnders optrad, was de berichtgeving waarschijnlijk bij een mededeling van enkele regels gebleven of heeft dat misschien nooit eens het nieuws gehaald, zoals bij verschillende andere soortgelijke drama's het geval is. Ik denk dat de verdachte hoopte dat meer openheid over het onderwerp misschien zou zorgen dat zoiets minder snel gebeurt.
Hij zou zichzelf ook gevraagd hebben: 'Wat als het
anders was gegaan? Wat als homoseksualiteit niet zo een taboe was dat je zelfs
niet mocht spreken over homoseksualiteit maar je in bochten moest wringen met
termen als 'homofiele gevoelens'? Wat als homoseksualiteit niet zo een
'identity marker' was die bepaalde of je binnen of buiten die Refokring lag
waarin je opgroeide? Ik weet uit gesprekken met de verdachte dat het
bespreekbaar maken van homoseksualiteit in eigen kring niet eenvoudig was of
is.
Al ben ik zelf niet opgegroeid als Refo, herken ik
veel van de mechanismen in de omgang met homoseksualiteit, de Bijbel en de
'buitenwereld'. Zo constateerde de rechtbank bijvoorbeeld: 'Verdachte wenste niet mee te werken aan het onderzoek door
psycholoog drs. Lander ten behoeve van een rapport, zodat de rechtbank geen
inzicht heeft kunnen krijgen in de psyche van verdachte met betrekking tot de
feiten en uitgegaan wordt van volledige toerekeningsvatbaarheid.' Dom. Hier zou natuurlijk verschillende redenen voor
kunnen zijn. Ik vermoed echter dat een wantrouwen tegen alles wat met de ziel
te maken heeft en niet van binnen eigen kring gesanctioneerd is, hierbij een
rol had gespeeld. Orthodoxe gelovigen hebben niet zoveel met de psychologie,
behalve wanneer dat helpt om een passende verklaring voor het ontstaan van
homoseksualiteit te geven natuurlijk. Ook de volgende conclusie van de
rechtbank past goed binnen de subculturen van kleinere orthodoxe
gemeenschappen: "Hij is nogal overtuigd van de juistheid van de eigen
opvattingen en is geneigd om vast te houden aan de eigen ideeën. Het
(reformatorische) geloof speelt een grote rol voor wat betreft zijn ideeën en
gedachten. Hij geeft de indruk dat hij de oorzaak van problemen die hij ervaart
gemakkelijk buiten zichzelf legt en dat hij geneigd is het actief zoeken naar
oplossingen te vermijden."
En nu?
Inmiddels heb ik begrepen dat het RD nog met een
vervolgbericht komt. Ik hoop in ieder geval op meer reflectie binnen orthodoxe
kringen over hun eigen omgang met het thema homoseksualiteit. Vorig jaar gaf de
grootste organisatie die zich bezighield met het 'veranderen' van homo's toe
dat er in de meeste gevallen (99% zei Alan Chambers!) geen spraken is van een
verandering van homo naar hetero. In Uganda droegen Amerikaanse evangelische
christenen bij aan een klimaat waarin wetten werden aangenomen die
homoseksuelen tot aangeschoten wild maken. In Rusland werken Orthodoxe
priesters en christenen zoals Scott Lively die zich zogenaamd beijveren
voor het gezin samen met de Russische overheid om homo's als 'gevaar' neer te
zetten. Waanzin.
Je kunt van alles beweren, maar de ellende van
het gezin in Middelburg kun je niet aan het 'homohuwelijk' of de erkenning van
de rechten van LHBT's toeschrijven. Integendeel. Die ellende moet voor de
rekening van het zwijgen, het problematiseren, het onderdrukken. Het is toch
triest dat het standpunt over homoseksualiteit voor sommige een meer bepalende
toetssteen van orthodoxie is geworden dan de houding tegenover armen en
vreemdelingen. Het is tijd om goed na te denken en het gesprek met meer
openheid te voeren. Ik kan me voorstellen dat het RD niet te veel wilde zeggen
ter wille van het gezin van de verdachte. Ik denk aan de andere gezinnen waar
het zwijgen tot ellende leidt, en aan de jongens en meiden die opgroeien en
ontdekken dat ze 'anders' zijn. Stappen zij straks ook in een huwelijk omdat ze
denken dat het de enige weg is? Omdat ze niet van vrienden en familie vervreemd
willen worden? Zwijgen en onderdrukken is in ieder geval geen optie. Zo had God
het in ieder geval niet bedoeld kunnen hebben. Het moet Anders.
dinsdag 26 november 2013
Grieks denken en Hebreeuws denken
Grieks denken versus
Hebreeuws denken. Tijdens een congres van de EO over waarom Christenen zo
verschillend denken over Israël hoorde ik die termen weer langskomen. Er wordt
een tegenstelling gemaakt tussen het Grieks denken en het Hebreeuws denken (of
soms ook Joods denken genoemd). Het Joods denken zal dan Bijbels zijn, ook zo een beladen term, en
het Grieks denken de manier waarop de kerk onder invloed van de Griekse
filosofie de afgelopen tweeduizend jaar heeft gedacht. Kortom, we hebben het
tweeduizend jaar fout gedaan en het moet anders, terug naar de puurheid van de
Bijbel die natuurlijk Joods is, of was dat andersom?
Het is me nog niet
gelukt om te traceren waar deze gedachtegang precies vandaan komt en vooral hoe
men bij deze conclusies zijn gekomen. Ik moet het dus maar doen met wat ik op
een aantal websites vind wanneer ik de termen googel. Twee websites verwijzen
naar de site van de NEM (Near East Ministries), maar de oorspronkelijke artikel
kan ik niet achterhalen. Het idee leeft in ieder geval sterk in sommige
evangelische kringen. Het idee is om verschillende redenen problematisch.
Welke Joden en welke
Grieken?
In de eerste plaats is
helemaal niet duidelijk hoe men bij een typisch Hebreeuws of een typisch Grieks
denken is gekomen. Er zijn behoorlijke verschillen in denken, tussen Plato en
Aristoteles, tussen Epicurus en Epictetus. Over welk Grieks denken hebben we
het nou precies? Juist Aristoteles, die sinds de Scholastiek veel invloed heeft
uitgeoefend op hoe we vandaag in het Westen denken en wetenschap beoefenen is
in de oudheid enige tijd bijna vergeten. Men zal hier toch nauwkeuriger moeten
uitleggen hoe ze bij een generieke Grieks denken zijn gekomen.
En over welke Joden hebben we het? Aan de ene kant wordt gesproken over de Bijbel als vertegenwoordigend van het Hebreeuws denken. Aan de andere kant worden juist weer veel eigenschappen van het Jodendom genoemd zoals deze is ontwikkelt na de tijd van de Bijbel. Vaak lijkt het te gaan over de rabbijnen, maar zelfs dat is een zeer brede begrip. Hebben we het ook over de ammoraitische rabbijnen of alleen over de tannaitische rabbijnen? Het gemak waarmee de sprong van Maleachi naar de rabbijnen wordt gemaakt is in ieder geval verbijsterend.
Het kan wel zo zijn dat de rabbijnse literatuur een bepaalde verdraagzaamheid tegenover verschillende meningen laat zien, maar het is onzin om het beeld neer te zetten dat Joden in het algemeen tolerant was tegenover verschillende meningen. Lees maar hoe de Qumran gemeenschap schrijft over de priesters in Jeruzalem. Het beeld van een gespannen relatie tussen de Farizeeën en de Sadduceeën die we in het Nieuwe Testament tegenkomen, wordt door Flavius Josefus bevestigt. Zijn verhaal over de Joodse oorlog van 66-70 n.Chr. is verder alles behalve een van harmonie tussen mensen die verschillende meningen hadden. Het is niet vreemd dat de rabbijnen na de ellende van Bar Kochba de boel bij elkaar probeert te houden en een bepaalde verdraagzaamheid tegenover verschillende meningen tonen, maar laten we niet vergeten dat wij vaak alleen maar één perspectief hebben. Of de werkelijkheid inderdaad zo tolerant was zouden we nog moeten uitzoeken, voor zover dat kan. En dan hebben we het nog niet gehad op de Griekse invloeden die al in 1 en 2 Makkabeën te traceren zijn. Sommige ideeën van de Qumran gemeenschap komen ook wel behoorlijk Grieks over. Maar vooruit, misschien bedoelt men gewoon het Rabbijnse Jodendom die pas in de eeuwen na Jezus van Nazareth vorm kreeg. Of zal dat de Bobover Rebbe zijn?
En over welke Joden hebben we het? Aan de ene kant wordt gesproken over de Bijbel als vertegenwoordigend van het Hebreeuws denken. Aan de andere kant worden juist weer veel eigenschappen van het Jodendom genoemd zoals deze is ontwikkelt na de tijd van de Bijbel. Vaak lijkt het te gaan over de rabbijnen, maar zelfs dat is een zeer brede begrip. Hebben we het ook over de ammoraitische rabbijnen of alleen over de tannaitische rabbijnen? Het gemak waarmee de sprong van Maleachi naar de rabbijnen wordt gemaakt is in ieder geval verbijsterend.
Het kan wel zo zijn dat de rabbijnse literatuur een bepaalde verdraagzaamheid tegenover verschillende meningen laat zien, maar het is onzin om het beeld neer te zetten dat Joden in het algemeen tolerant was tegenover verschillende meningen. Lees maar hoe de Qumran gemeenschap schrijft over de priesters in Jeruzalem. Het beeld van een gespannen relatie tussen de Farizeeën en de Sadduceeën die we in het Nieuwe Testament tegenkomen, wordt door Flavius Josefus bevestigt. Zijn verhaal over de Joodse oorlog van 66-70 n.Chr. is verder alles behalve een van harmonie tussen mensen die verschillende meningen hadden. Het is niet vreemd dat de rabbijnen na de ellende van Bar Kochba de boel bij elkaar probeert te houden en een bepaalde verdraagzaamheid tegenover verschillende meningen tonen, maar laten we niet vergeten dat wij vaak alleen maar één perspectief hebben. Of de werkelijkheid inderdaad zo tolerant was zouden we nog moeten uitzoeken, voor zover dat kan. En dan hebben we het nog niet gehad op de Griekse invloeden die al in 1 en 2 Makkabeën te traceren zijn. Sommige ideeën van de Qumran gemeenschap komen ook wel behoorlijk Grieks over. Maar vooruit, misschien bedoelt men gewoon het Rabbijnse Jodendom die pas in de eeuwen na Jezus van Nazareth vorm kreeg. Of zal dat de Bobover Rebbe zijn?
Credo en Halacha
Naast rationalisme is
een van de bezwaren dat het Christendom te veel nadruk op belijdenissen en
dogma legde. Is het toeval dat de voorstanders van het zogenaamd Hebreeuws denken vooral komen
uit groepen die al langer moeite hadden met dogma en geloofsbelijdenissen,
vooral wanneer de fijnere punten van kwesties uit het verleden al lang niet
meer spelen. Sommige lijken er maar weinig moeite mee te hebben met het feit
dat ze bij nader onderzoek veel dichter bij Arius dan Athanasius zitten, maar
ach, wie waren dat ook nou weer? Allemaal Grieken en daar hoeven we niks van te
weten.
Misschien is het zo
dat de rabbijnen minder behoefte hadden scherp te formuleren wanneer het ging
over bepaalde dogma's, maar dat maakte ze niet minder fanatiek. Gaan maar na
hoe ze discussieerden over zaken als het uitspreken van een zegen. Spreek je
eerst een zegen uit over de dag en daarna over de wijn, of juist andersom? En wanneer wast degene die de wijn met water
mengt zijn handen, voor of na het mengen
van de wijn (Ber. 51b)? Het zijn net zulke mierenneukers als Eutyches en Eusebius
van Doryleum Alleen de mieren zijn anders. Niet de leer, maar een bepaalde manier van
handelen wordt tot in detail besproken, vaak met hele rationele argumenten en
de verschillen kunnen uiteindelijk even verdelend zijn dan verschillende meningen
over een theologisch kwestie als de twee naturen van Christus.
Individualistisch en
universalistisch
Verder zal het Grieks
denken meer individualistisch zijn en tegelijk universalistisch. Net als op andere
punten verraden de voorstanders van het zogenaamde Hebreeuwse denken dat het
idee eigenlijk niet zozeer is ontstaan vanuit een ontdekking van duidelijk
aangetoonde verschillen tussen een gedefinieerd Joods en Grieks denken, maar
eerder vanuit ongemak met hun plaats als minderheid ten opzichten van een
seculiere maatschappij en gevestigde kerkelijke instellingen waarop ze weinig
invloed hebben. Ze nemen afstand van het rationele modernisme en maken hun
eigen verhaal met de stukjes die ze hier en daar bij een Joodse traditie lenen.
Ze zijn zo postmodern als Derrida, ook Joods. Dat is niet meteen erg. We zijn
allen kinderen van onze tijd. Het is alleen goed dat ook te realiseren en niet
te denken dat we op grond van een slechte herinterpretatie van het verleden dat
niet zijn. Het Jodendom voor, tijdens en na Jezus van Nazareth is zelf niet aan
Griekse invloeden ontkomen. Uiteindelijk zijn we allemaal beïnvloed door de
Grieken. Ga dat maar onderzoeken. O ja dat hoeft natuurlijk niet. Onderzoek
naar de feiten voor je dingen roept is allemaal Grieks denken en als ik fout
zit met dingen die ik hier heb opgeschreven weet ik al wat ik ga zeggen: Juistheid
en precisie is Grieks denken. En dat hoeft niet. ;-)
dinsdag 5 juni 2012
Waar moet een christenhomo heen?
In sommige christelijke kringen is er grote verontwaardiging
over de uitspraak van minister Schippers dat de zogenaamde homotherapie in de
toekomst niet meer vanuit het basispakket hoeft te worden vergoed. "Hoe
moet dat nou met de christen die worstelt met homoseksuele gevoelens?"
vragen ze. Henk van Rhee dreigt zelfs naar de Commissie Gelijke Behandeling
waar hij al zo vaak tegen heeft gefulmineerd te stappen. Een ander houdt de minister
verantwoordelijk voor eventuele zelfmoord bij christenen die met deze 'gevoelens
worstelen'.
De omgekeerde wereld is dat. Want wat veroorzaakt de psychische nood van Christenhomo's? De meeste homo's vinden het lastig wanneer ze ontdekken dat ze anders zijn. Velen leren dat echter accepteren en zijn vaak instaat een partner te vinden met wie ze lief en leed in het leven kunnen delen. Mijn ervaring en waarneming is dat het bij christelijke homo's een stuk lastiger ligt. Het duurt vaak lang voordat ze uit de kast komen, en wanneer dat zo ver is moeten ze vaak vele vermoeiende gesprekken voeren om uit te leggen wat hun standpunt over homoseksualiteit is. Als ze in eigen kring willen blijven moeten ze vaak afzien van een eventuele relatie. Je moet maar op je 30ste constateren dat je de rest van je leven alleen moet blijven. Geen wonder dat ze psychisch in de problemen komen. En de hele omgeving waarin je beweegt vertel je dat je 'ziek', 'gehandicapt' of' gebroken' bent. De enige hoop die ze je te bieden hebben is een organisatie die specialiseert in 'dit soort gevallen'. Daar ga je dan heen. Daar wordt je verleden doorgelicht om de oorzaak van deze 'gebrokenheid' te zoeken. Soms helpt dat, hoewel dat meestal tijdelijk is. Vaker helpt dat niet. En wanneer je het niet meer trekt, verdwijn je van hun radar. Besta je niet meer. Ze vieren hun succesverhalen en verzwijgen het bestaan van christenen die zowel homo als christen zijn.
Nu zegt men dat het bij Different veranderd is. Dat het vergoed moet worden omdat homo's die zorg nodig hebben. Dat zal wel. De omgeving waarin Different opereert is nog steeds hetzelfde. De columns van Henk van Rhee zijn even scherp. Je mag eigenlijk niet eens homo zijn. Men spreekt liever niet over geaardheid, maar over gevoelens. Er is maar één 'Bijbelse' manier etc. Laat de Commissie Gelijke Behandeling maar eens een paar van die columns lezen.
De verontwaardiging in sommige christelijke kringen is groot. "Waar moet de christen die worstelt met zijn homoseksuele gevoelens' straks heen?" vragen ze. "Kijk" zeggen ze, "we zijn bezorgd over de christenen die worstelen met deze gevoelens". Is dat zo? Hoe zit dat dan met het gebrek aan belangstelling bij een recente dag over pastorale zorg voor christenen met die 'gevoelens' geregeld door Refo-Anders. Het mag duidelijk zijn dat ik dit initiatief van Refo-Anders waardeer. Maar van de verschillende kerken en gemeenten die werden aangeschreven kwamen nog geen zeven diakenen opdagen. Is dat echt bezorgdheid over homo's? Of is men eerder bezorgd over het behoud van een eigen identiteit, een eigen subcultuur? Het spijt me, maar ik geloof die krokodillentranen niet meer.
Afgelopen weekend zat ik met vier vrienden aan tafel. We praatten over het verleden en toen we elkaar leerden kennen. Één vertelde hoe moeilijk hij dat had met zijn homoseksualiteit. Hoe verschrikkelijk depressief hij was terwijl hij bij Different was en hoe hij zijn eertijdse voorganger verweet dat die hem maar steeds aanmoedigde om ermee door te gaan. Behalve één van ons waren allen bij Different en onze verhalen verschillen niet zo heel erg op dat punt. Allen worstelden wij met de spanning die onze geloof en gevoelens met zich meebrachten. Vaak worstelden wij nog een tijde door omdat de omgeving ons dat opdroeg en aanpraatte. Tegenwoordig gaat het met ons allen een stuk beter, niet dankzij Different of de kerken waarvan we toen deel waren. Een andere vriend van me die 'worstelde met die gevoelens' was lang depressief. Toen hij het niet meer trok is hij gestopt om naar de evangelische gemeente te gaan waar hij opgroeide. Sindsdien gaat het een stuk beter met hem.
Zal ik je vertellen waar de christen die worstelt met zijn homoseksuele 'gevoelens' het beste heen kan? Het doet me pijn om dat te zeggen, maar tegenwoordig zou ik zo iemand misschien toch aanraden om maar zo snel mogelijk te vertrekken. Op termijn laten ze je toch vallen. Sturen ze je toch weg. Als puntje bij paaltje komt, telt hun eigen interpretatie van de Bijbel, het behoud van hun eigen identiteit, de rust in eigen kring toch meer. En dan ben je tien jaar verder en mag je van vooraf aan beginnen.
Er zijn kerken waar je welkom bent als homo. Zelfs al weten ze ook niet altijd wat ze ervan moeten vinden. Mensen die bereid zijn om je als mens te leren kennen en als volwaardige medemens te behandelen, mensen die echt bezorgd zijn over homo's. Maar kijk uit want niet iedereen die nu zijn zorg over de christenhomo uit is echt bezorgd over homo's. Velen zijn eerder bezorgd over het behoud van hun eigen religieuze identiteit.
De omgekeerde wereld is dat. Want wat veroorzaakt de psychische nood van Christenhomo's? De meeste homo's vinden het lastig wanneer ze ontdekken dat ze anders zijn. Velen leren dat echter accepteren en zijn vaak instaat een partner te vinden met wie ze lief en leed in het leven kunnen delen. Mijn ervaring en waarneming is dat het bij christelijke homo's een stuk lastiger ligt. Het duurt vaak lang voordat ze uit de kast komen, en wanneer dat zo ver is moeten ze vaak vele vermoeiende gesprekken voeren om uit te leggen wat hun standpunt over homoseksualiteit is. Als ze in eigen kring willen blijven moeten ze vaak afzien van een eventuele relatie. Je moet maar op je 30ste constateren dat je de rest van je leven alleen moet blijven. Geen wonder dat ze psychisch in de problemen komen. En de hele omgeving waarin je beweegt vertel je dat je 'ziek', 'gehandicapt' of' gebroken' bent. De enige hoop die ze je te bieden hebben is een organisatie die specialiseert in 'dit soort gevallen'. Daar ga je dan heen. Daar wordt je verleden doorgelicht om de oorzaak van deze 'gebrokenheid' te zoeken. Soms helpt dat, hoewel dat meestal tijdelijk is. Vaker helpt dat niet. En wanneer je het niet meer trekt, verdwijn je van hun radar. Besta je niet meer. Ze vieren hun succesverhalen en verzwijgen het bestaan van christenen die zowel homo als christen zijn.
Nu zegt men dat het bij Different veranderd is. Dat het vergoed moet worden omdat homo's die zorg nodig hebben. Dat zal wel. De omgeving waarin Different opereert is nog steeds hetzelfde. De columns van Henk van Rhee zijn even scherp. Je mag eigenlijk niet eens homo zijn. Men spreekt liever niet over geaardheid, maar over gevoelens. Er is maar één 'Bijbelse' manier etc. Laat de Commissie Gelijke Behandeling maar eens een paar van die columns lezen.
De verontwaardiging in sommige christelijke kringen is groot. "Waar moet de christen die worstelt met zijn homoseksuele gevoelens' straks heen?" vragen ze. "Kijk" zeggen ze, "we zijn bezorgd over de christenen die worstelen met deze gevoelens". Is dat zo? Hoe zit dat dan met het gebrek aan belangstelling bij een recente dag over pastorale zorg voor christenen met die 'gevoelens' geregeld door Refo-Anders. Het mag duidelijk zijn dat ik dit initiatief van Refo-Anders waardeer. Maar van de verschillende kerken en gemeenten die werden aangeschreven kwamen nog geen zeven diakenen opdagen. Is dat echt bezorgdheid over homo's? Of is men eerder bezorgd over het behoud van een eigen identiteit, een eigen subcultuur? Het spijt me, maar ik geloof die krokodillentranen niet meer.
Afgelopen weekend zat ik met vier vrienden aan tafel. We praatten over het verleden en toen we elkaar leerden kennen. Één vertelde hoe moeilijk hij dat had met zijn homoseksualiteit. Hoe verschrikkelijk depressief hij was terwijl hij bij Different was en hoe hij zijn eertijdse voorganger verweet dat die hem maar steeds aanmoedigde om ermee door te gaan. Behalve één van ons waren allen bij Different en onze verhalen verschillen niet zo heel erg op dat punt. Allen worstelden wij met de spanning die onze geloof en gevoelens met zich meebrachten. Vaak worstelden wij nog een tijde door omdat de omgeving ons dat opdroeg en aanpraatte. Tegenwoordig gaat het met ons allen een stuk beter, niet dankzij Different of de kerken waarvan we toen deel waren. Een andere vriend van me die 'worstelde met die gevoelens' was lang depressief. Toen hij het niet meer trok is hij gestopt om naar de evangelische gemeente te gaan waar hij opgroeide. Sindsdien gaat het een stuk beter met hem.
Zal ik je vertellen waar de christen die worstelt met zijn homoseksuele 'gevoelens' het beste heen kan? Het doet me pijn om dat te zeggen, maar tegenwoordig zou ik zo iemand misschien toch aanraden om maar zo snel mogelijk te vertrekken. Op termijn laten ze je toch vallen. Sturen ze je toch weg. Als puntje bij paaltje komt, telt hun eigen interpretatie van de Bijbel, het behoud van hun eigen identiteit, de rust in eigen kring toch meer. En dan ben je tien jaar verder en mag je van vooraf aan beginnen.
Er zijn kerken waar je welkom bent als homo. Zelfs al weten ze ook niet altijd wat ze ervan moeten vinden. Mensen die bereid zijn om je als mens te leren kennen en als volwaardige medemens te behandelen, mensen die echt bezorgd zijn over homo's. Maar kijk uit want niet iedereen die nu zijn zorg over de christenhomo uit is echt bezorgd over homo's. Velen zijn eerder bezorgd over het behoud van hun eigen religieuze identiteit.
donderdag 10 mei 2012
Ik zou wel eens willen weten....
Een favoriet liedje:
Ik zou wel eens willen weten, waarom zijn de bergen zo hoog
Misschien om de sneeuw te vergaren
Of het dal voor de kou bewaren
Of misschien als een veilige stut voor de hemelboog
Daarom zijn de bergen zo hoog
Ik zou wel eens willen weten, waarom zijn de zeeen zo diep
Misschien tot geluk van de vissen
Die het water zo slecht kunnen missen
Of tot meerdere glorie van God die de wereld schiep
Daarom zijn de zeeen zo diep
Ik zou wel eens willen weten, waarom zijn de wolken zo snel
Misschien dat 't een les aan de mens is
Die hem leert hoe fictief een grens is
Of misschien is het ook maar eenvoudig een engelenspel
Daarom zijn de wolken zo snel
Ik zou wel eens willen weten, waarom zijn de mensen zo moe
Misschien door hun jachten en jagen
Of misschien door hun tienduizend vragen
En ze zijn al zo lang onderweg naar de vrede toe
Daarom zijn de mensen zo moe...
Ik zou wel eens willen weten, waarom zijn de bergen zo hoog
Misschien om de sneeuw te vergaren
Of het dal voor de kou bewaren
Of misschien als een veilige stut voor de hemelboog
Daarom zijn de bergen zo hoog
Ik zou wel eens willen weten, waarom zijn de zeeen zo diep
Misschien tot geluk van de vissen
Die het water zo slecht kunnen missen
Of tot meerdere glorie van God die de wereld schiep
Daarom zijn de zeeen zo diep
Ik zou wel eens willen weten, waarom zijn de wolken zo snel
Misschien dat 't een les aan de mens is
Die hem leert hoe fictief een grens is
Of misschien is het ook maar eenvoudig een engelenspel
Daarom zijn de wolken zo snel
Ik zou wel eens willen weten, waarom zijn de mensen zo moe
Misschien door hun jachten en jagen
Of misschien door hun tienduizend vragen
En ze zijn al zo lang onderweg naar de vrede toe
Daarom zijn de mensen zo moe...
vrijdag 13 januari 2012
Insha'Allah
Ik
leerde de uitdrukking kennen tijdens een reis naar Marokko, nu al zo twaalf
jaar geleden. Marokkanen gebruikten de uitdrukking los en vast wanneer ze over
de toekomst spraken. Vaak is 'inshallah' zelfs een beleefde manier om nee te
zeggen. Je stel bijvoorbeeld voor om morgen ergens naar toe te gaan.
'Inshallah' antwoord de ander. 'Als God het wil'. Dat kan zomaar betekenen dat
God het wel heel duidelijk moet willen omdat hij dat zelf eigenlijk niet wil en
ook niet van plan is, maar dat gewoon niet durf te zeggen. Dat mag voor
Nederlanders oneerlijk klinken, maar ik herken dat als Zuid-Afrikaan wel een
beetje. We zeggen ook wel vaker iets als: 'Ons sal maar sien' of 'Ons sal 'n
bietjie kyk'. Dat is een beleefde manier om een uitnodiging af te wijzen, of
open te houden, zonder direct aanstoot te geven. Vaak is dat ook een
natuurlijke manier van omgaan met de toekomst in een cultuur waar alles minder
gepland is dan de Nederlandse. Dat geeft
een beetje vrijheid om morgen nog te beslissen, want je weet maar nooit wat
voor andere dringende dingen kunnen gebeuren en dan zit je met zo een afspraak.
Deze terughoudendheid gaat ook gepaard met een bewustheid van de
weerbarstigheid van de werkelijkheid en dikwijls met een groot respect voor God
(of het noodlot). Al ben ik inmiddels gewend aan de Nederlandse manier van
plannen - er zijn wel mensen die nu al weten hoe laat ze over zes weken met
iemand een bakkie koffie gaan doen - heb ik soms nog wel moeite om mezelf
helemaal in te metselen in afspraken en toezeggingen. Zo nu en dan gebruik ik
dan ook bij wijze van een grap de uitdrukking 'inshallah'.
Ik stelde deze vragen aan vier contacten. Twee ervan zijn Egyptische Christenen, een derde is een Libanese Christen en de vierde een Nederlandse studente Arabisch die nauw betrokken is in de Palestijnse gebieden.
Alle
vier bevestigen aan me dat er eigenlijk geen verschil is in de manier waarop
Christenen en Moslims de termen gebruiken. Wel zijn er degelijk verschillen in
hoe beide groepen over God denken. Een Egyptische Christen zal je duidelijk
vertellen dat Christenen anders over God denken en dat hij/zij gelooft dat de
manier waarop moslims over God denken verkeerd is, maar hij of zij zal niet
snel beweren dat Allah eigenlijk een totale andere God is.
Wel
is het waar dat Christenen in Maleisië werden verboden het woord Allah te
gebruiken anders dan in een Islamitisch context. Wat men echter niet moet
vergeten is dat de voertaal in Maleisië niet Arabisch is, en dat de naam Allah
voor God uit het Arabisch door de Maleisiërs werden overgenomen, zonder kennis
van hoe deze ook door Arabische Christenen worden gebruikt. Verder is dit
verbod juist een erkenning dat moderne Christenen in Maleisië Allah gebruiken
om naar God te verwijzen.
Afgelopen
week deed ik dat weer zijdelings in een toezegging om naar een expositie over
het Jodendom te gaan. Ik kreeg een redelijk heftige reactie van iemand die zich
ergerde aan een 'islamitische' uitdrukking in verband met iets wat over het
Jodendom gaat. Verder werd ik er ook op gewezen dat Allah een maangod is en
later dat Christenen vaak in sommige landen worden verboden om de term Allah te
gebruiken. Mijn tegenwerping dat Allah gewoon het Arabische woord voor God is,
stuitte ook op weerstand. Ik ben een dergelijke gedachtegang al vaker tegen
gekomen en besloot het dus maar uit te zoeken.
Twee
vragen:
Twee
vragen zijn van belang. Gebruiken Arabische Christenen het woord Allah voor
God? En gebruiken Arabischsprekende Christenen de term 'Insha'Allah' op een
vergelijkbare wijze als hun moslim landgenoten?
Ik stelde deze vragen aan vier contacten. Twee ervan zijn Egyptische Christenen, een derde is een Libanese Christen en de vierde een Nederlandse studente Arabisch die nauw betrokken is in de Palestijnse gebieden.
De
antwoorden van alle vier waren eenstemmig:
1.
Arabische Christen gebruiken het woord Allah zoals wij het woord God
gebruiken. Dat gebruiken ze in hun gebeden, in hun liturgie, in hun viering van
het avondmaal/eucharistie, in hun theologie en in hun dagelijks leven. Kijk je
in een Arabische Bijbel, is het waarschijnlijk dat je het woord Allah
tegenkomt overal waar je in een Nederlandse Bijbel het woord God
vindt.
2.
Arabische Christenen gebruiken de uitdrukking 'Inshallah' op een
soortgelijke wijze als hun moslim landgenoten. Sterker nog. De uitdrukking komt
zelfs voor in de Arabische Bijbel in Handelingen 18:21 en een verwante
uitdrukking in Jakobus 4:15 en 1 Kor. 4:19.
Onkunde
of populisme?
Het
idee dat Allah een totaal andere God is, is een uitvindsel van enkele Westerse
predikers die in de moderne politieke klimaat werden toegejuicht om een verhaal
die is gebouwd op halve waarheden, aannames en misschien wel een beetje angst. Of
is dat gewoon puur en soort nationalisme of een 'christelijke' populisme? Deze
predikers demonstreren met zulke uitspraken hun onkunde van het Arabisch, de situatie in het Midden
Oosten en de geschiedenis.
Ja,
de naam Allah gaat wellicht terug op een van de goden die door de Arabieren
werden aanbeden. Maar heeft degenen die dat als ammunitie tegen de Islam willen
gebruiken nou ooit eens onderzoek gedaan naar andere woorden die voor God
worden gebruikt? Het Hebreeuwse Elohim is eigenlijk gewoon de meervoudsvorm van de naam van een
Kaänitische god El. En waar komt het Griekse woord Θεός,
het Duitse Gott en het Nederlandse God dan vandaan? En wie wil proberen dan maar met Jahweh aan
de dans te ontspringen moet ook maar eens gaan kijken wat sommige van de antieke
volken over Hem dacht. En dan weten we ook nog niet eens of we dat goed
uitspreken. Al wat we hebben zijn vier klinkers JHWH. De Joden hebben het zo
lang niet uitgesproken dat we eigenlijk niet met zekerheid kunnen zeggen of de
vocalisering als Jahweh wel kloppen.
Ironisch
genoeg is deze teruggrijpen naar Joodse wortels eigenlijk on-Joods. De
meeste orthodoxe Joden zullen er niet over peinzen om JHWH met welke vocalisering dan ook
op hun lippen te nemen. Dat zie je in de Joodse uitdrukking met dezelfde achterliggende gedachten als 'inshallah' namelijk 'Im jirtse Hashem',
letterlijk 'indien de Naam dat wil'.
Hoe
is uw naam?
Wanneer
Mozes naar de verdrukte Israëlieten in Egypte gaat, vraagt hij naar de naam van
de God die hem in de woestijn riep. Hierin zien we iets terug van de wereld
waarin het Joodse geloof ontstond. Dat was een wereld met verschillende goden
waarin het belangrijk was dat je de juiste naam van een godheid te pakken had. In
een godenwereld met veel goden moest je maar blij zijn als er eentje was die je
een beetje goedgezind was en wat voor je wilde doen. Zijn naam moest je kennen
om hem te kunnen aanroepen. Het antwoord die Mozes kreeg is een beetje
onverwacht. Hij kreeg namelijk geen tovernaam, geen afgesloten formule aan de
hand waarvan je precies kon concluderen over welke zaken deze God gaat en wat
zijn karakter precies is. In de naam die vertaald word met 'Ik ben wie Ik zal
zijn' zit geen afgesloten dogmatiek. Het is een uitnodiging om die God te leren
kennen, om maar met Hem mee te lopen. Met deze 'Ik ben' gaat Israel op reis en
ontdekte Hem als een God die dichtbij komt en met zijn mensen meegaat.
Ik
vraag me dan ook af wat zal gebeuren als Christenen minder met hun vuist op
tafel zouden slaan wanneer ze over God praten en mensen die niet geloven zoals
zij eerder zouden uitnodigen om met hen mee te gaan. Sterker nog: Wat zou
gebeuren als christenen vaker zouden doen wat hun God deed? Niet de ander
vragen om naar hen te komen, maar naar de ander gaan.
Later
in Exodus vertelt het verhaal hoe God bij zijn volk kwam wonen, in een tent, net
zoals zij in tenten zwierven. Hij trok met hen mee, ook in hun dwaling door de
woestijn. Zij dachten dat ze zelf zo goed waren. Ze dachten dat God van hun
alleen was. Ze dachten vaak zelfs dat God alleen hen heeft gekozen en de andere
volken heeft afgewezen. Later wezen hun profeten hen erop dat God hen riep omdat
Hij door hen alle volken wilde roepen.
In
hun eigen taal:
In
Handelingen lezen we hoe op de Pinksterdag de vervulde discipelen vertelden
over de grote daden van God en hoe Joden uit verschillende landen hoorde over
de grote daden van God. In hun eigen taal. Want ook de Joden spraken inmiddels niet meer allemaal Hebreeuws
thuis. Ze hoorde dat ook in het Arabisch (Hand. 2:11). En nu zou je dus kunnen
vragen wat voor woord Arabische gelovigen toen gebruikten. Allah? Ik weet het
niet. En misschien is dat ook wel goed zo. Ik weet alleen dat Handelingen
vertelt hoe de boodschap over deze God de grenzen doorbrak die door mensen zijn
gemaakt.
Onkunde
is niet de grootste zonde. Niemand van ons weet alles. Hoogmoed is wel zonde. Haat
ook. En haat komt vaak voor uit de combinatie van hoogmoed en onkunde maar
vooral uit angst. Voordat we dus iets aangrijpen om één groep weg te zetten of
de kloof tussen ons en hen dieper te graven - laten we onszelf informeren. Laten
we met mensen praten in plaats van over hen. Misschien worden we een stukje
nederiger en zeggen we dat we elkaar met meer geduld zullen bejegenen.
'Inshallah'. :)
maandag 31 oktober 2011
Barmhartigheid
Orthodoxie ten top:
De man die van het hemelse Jeruzalem onderweg naar Jericho overvallen werd is Adam, de mens. Door de mensenrover die hem tot zonde verleidde werd het leven een zooitje van pijn en lijding. Nog de wet of de profeten, vertegenwoordigd door een priester en een Leviet kon hem redden. Hij bleef maar liggen tot Jezus, de Barmhartige Samaritaan hem redde. Zoals de Samaritaan de man meenam, nam Jezus de zonde van de mens op hem en bracht de mens naar een herberg. In deze herberg, die de kerk vertegenwoordigd, vindt de man rust en zorg tot Jezus terugkeert. Hoewel de uitleg over de details van het verhaal varieert, is deze uitleg al sinds de vroege kerk zeer populair. Het kan haast niet anders. De centrale rol die het verlossingswerk van Jezus in deze uitleg krijgt is zo orthodox, dat je jezelf al bijna verketterd als je er vragen bij gaat stellen. Toch doe ik dat maar weer, niet omdat ik sinds mijn eerste vragen aan mijn moeder nog niet aan een kinderlijke nieuwsgierigheid ben ontsnapt, maar omdat ik serieus overtuigd ben dat respect voor de Schriften en eerbied voor Jezus Christus dat van mij vragen.
Een Samaritaan?
Nog erger vind ik echter de vertoning van de SGP. Van der Staaij oogstte lof met zijn argument dat de kamer niet over individuele gevallen moet debatteren. Zijn weerstand is enigszins begrijpelijk. Te veel hype is niet bevorderlijk voor objectieve en rationele overweging. En met een achterban voor wie de media vaak verdacht is, is dat al helemaal geen terrein waar ze hun invloed kunnen laten gelden. Toch zou juist hij als kenner van de Bijbel moeten weten dat ook in de wetten van Mozes individuele casussen aanleiding tot wetgeving gaf. Het zijn de verhalen van een Samaritaan en een Mauro die ons helpen om het gebod van naastenliefde uit een theoretisch gesteggel te halen. Die ons aantoont dat een beleid wringt. Dat een gedoogconstructie niet deugt. Je vraag je toch af waar het geweten van de SGP zich op zo moment schuil houdt. Dezelfde partij die pleit voor ruimte voor trouwambtenaren om op grond van hun geweten te weigeren wettige huwelijken te sluiten, ziet in het debat geen ruimte om naar hun geweten te handelen en zich uit te spreken voor een meer humaan beleid ten opzichten van minderjarige asielzoekers. Er is maar één woord voor- Hypocriet. Ja naar de letter van de wet zou je kunnen zeggen dat Van der Staaij gelijk heeft, maar uiteindelijk is barmhartigheid en naastenliefde niet in wetten en regels vast te leggen. Soms moet je niet vragen naar de juiste definitie, soms vraag het leven ons: Wil je zelf een naaste zijn?
Jezus vroeg de wetgeleerde:"Wie dan van deze drie dunkt u de naaste geweest te zijn ...?"
De wetgever antwoorde: "Die barmhartigheid aan hem gedaan heeft."
Zo zeide dan Jezus tot hem: Ga heen, en doe gij desgelijks. (Luk. 10:36-37)
Wat kan ik voor Mauro en de anderen als hij doen? Ik heb zelf genoeg aan mijn hoofd. Toch denk ik als ik Mauro was, dat ik blij zou zijn met elk mens die niet als de priester of Leviet de andere kant opkijkt en verder gaat. Misschien moet ik toch morgen naar Den Haag om voor het eerst in mijn leven te demonstreren.
De man die van het hemelse Jeruzalem onderweg naar Jericho overvallen werd is Adam, de mens. Door de mensenrover die hem tot zonde verleidde werd het leven een zooitje van pijn en lijding. Nog de wet of de profeten, vertegenwoordigd door een priester en een Leviet kon hem redden. Hij bleef maar liggen tot Jezus, de Barmhartige Samaritaan hem redde. Zoals de Samaritaan de man meenam, nam Jezus de zonde van de mens op hem en bracht de mens naar een herberg. In deze herberg, die de kerk vertegenwoordigd, vindt de man rust en zorg tot Jezus terugkeert. Hoewel de uitleg over de details van het verhaal varieert, is deze uitleg al sinds de vroege kerk zeer populair. Het kan haast niet anders. De centrale rol die het verlossingswerk van Jezus in deze uitleg krijgt is zo orthodox, dat je jezelf al bijna verketterd als je er vragen bij gaat stellen. Toch doe ik dat maar weer, niet omdat ik sinds mijn eerste vragen aan mijn moeder nog niet aan een kinderlijke nieuwsgierigheid ben ontsnapt, maar omdat ik serieus overtuigd ben dat respect voor de Schriften en eerbied voor Jezus Christus dat van mij vragen.
Een Samaritaan?
De
gelijkenis van de Barmhartige Samaritaan is namelijk volgens Lucas niet een
geïsoleerd mooi verhaal die Jezus vertelt als vooruitwijzing naar zijn dood en
de betekenis ervan, maar een antwoord op een vraag. Het is de vraag van een
wetgeleerde. Keurig had de wetgeleerde een combinatie van twee Schriftgedeelten
geciteerd om het juiste antwoord te geven. God moet je liefhebben met je hele
hart en ziel en je naaste als jezelf.
"Goed
geantwoord!" hoorde de jurist van Jezus. "Ga dat maar gewoon doen dan
komt het goed."
Hierbij
kon de wetgeleerde het natuurlijk niet laten liggen. Zoals ieder jurist weet is
in het uitvoeren van de wet helderheid geboden. De definitie moest wel
duidelijker. Wie zou voor deze liefde in aanmerking kunnen komen. En natuurlijk
ook - wie niet.
Van
Jezus krijgt de wetgeleerde geen goedgeformuleerde definitie, maar een verhaal.
Een verhaal over een man die in zijn eentje op reis was. De wetgeleerde kende de weg. Het was niet zo
verstandig van de man om er alleen te
reizen, want de weg was ruw, ging over heuvels en door dalen, op plaatsen waar
rovers zich makkelijk konden verstoppen. Dat de man overvallen werd, verbaasde
de jurist niet. Ook van het optreden van de priester en Leviet keek hij niet zo
op. Iedereen wist dat een priester moest uitkijken om niet een dode aan te
raken. Als de man niet meer leefde of zou sterven terwijl de priester met hem
bezig was, was de priester onrein en ongeschikt voor dienst in de tempel. Het
was hard dat je moest kiezen, maar we leven nou eenmaal in een gebroken wereld
en dan gaat het eren van God toch voor. Zo redeneerde de partij waar de
priester toe behoorde ten minste. Niemand zou durven te beweren dat vrees voor
de rovers bij de priester of Leviet een rol speelde. Het was puur overweging op
grond van wettelijke voorschriften en de interpretatie ervan.
De
jurist was ervan overtuigd dat er andere mogelijkheden waren. Daarom wachtte
hij op een derde passant. Jezus zou gaan vertellen hoe een wetgeleerde
langskwam, die met zijn kennis van de wet een mogelijkheid zou vinden om de
geslagen man te helpen en zich toch aan de wet te houden. De wetgeleerde en
zijn partij waren meesters in het vinden van de verschuilde mazen in de wet om
toch nog een stukje menselijkheid te kunnen tonen.
Maar
de man die eens zei dat de mens niet voor de Sabbat, maar de Sabbat voor de
mens is gemaakt, zei niets over een vrome wetgeleerde, niets over Shammai of
Hillel. Wie kwam er langs de weg? Een Samaritaan! Wat had die nou te zoeken aan
de weg tussen Jeruzalem en Jericho? "Laat
hem maar snel teruggaan naar zijn eigen land. Laat hem zich daar maar houden
aan de regeltjes van zijn achterlijke godsdienst. Iedereen weet toch dat de
godsdienst van Samaritanen op leugens gebaseerd waren en dat ze de Joden het
leven niet gunde. Laat hem maar snel teruggaan naar Nablus." dacht de wethouder.
De
wetgeleerde hoorde nauwelijks hoe Jezus vertelde over de barmhartigheid die de
Samaritaan aan de geslagen man bewees. Hoe hij zelfs zijn eigen portemonnee
trekt om de verzorging te betalen van een man tegenover wie hij geen
verplichting had. De beste wetgeleerde kreeg het woord Samaritaan niet eens
over zijn lippen. Dan dwingt de vraag van Jezus hem tot een uitspraak over het
verhaal. Wie
van deze drie denkt u dat de naaste geweest is van hem die in handen
van de rovers gevallen was?
Jezus
had zijn vraag omgedraaid. De wetgeleerde vroeg wie zijn naaste was, maar Jezus
vraagt hem wie door zijn optreden laat zien dat hij begrijpt wat naastenliefde
is. De verantwoordelijkheid voor naastenliefde is niet met een slimme definitie
of een briljante interpretatie van de wet op een ander af te schuiven.
Barmhartigheid in de politiek anno 2011
En op dit punt viel afgelopen week voor mij twee Christelijke partijen in de zaak Mauro door de mand. Ik snap dat het voor een CDA fractie lastig is, maar als ze ooit nog willen dat Nederlanders moeten geloven dat barmhartigheid voor hun een kernwaarde is, moeten ze beter doen dan deze lastigheid via een studievisum bij een jongen van 18 jaar neer te leggen. Dat is gewoon schandalig. De minister moet ook niet pretenderen dat hij geen andere keuze heeft. Afgelopen weekend verscheen in de Volkskrant een artikel van ondertekend door twaalf rechtshoogleraren die aangeven dat de minister de mogelijkheid wel degelijk heeft.
En op dit punt viel afgelopen week voor mij twee Christelijke partijen in de zaak Mauro door de mand. Ik snap dat het voor een CDA fractie lastig is, maar als ze ooit nog willen dat Nederlanders moeten geloven dat barmhartigheid voor hun een kernwaarde is, moeten ze beter doen dan deze lastigheid via een studievisum bij een jongen van 18 jaar neer te leggen. Dat is gewoon schandalig. De minister moet ook niet pretenderen dat hij geen andere keuze heeft. Afgelopen weekend verscheen in de Volkskrant een artikel van ondertekend door twaalf rechtshoogleraren die aangeven dat de minister de mogelijkheid wel degelijk heeft.
Nog erger vind ik echter de vertoning van de SGP. Van der Staaij oogstte lof met zijn argument dat de kamer niet over individuele gevallen moet debatteren. Zijn weerstand is enigszins begrijpelijk. Te veel hype is niet bevorderlijk voor objectieve en rationele overweging. En met een achterban voor wie de media vaak verdacht is, is dat al helemaal geen terrein waar ze hun invloed kunnen laten gelden. Toch zou juist hij als kenner van de Bijbel moeten weten dat ook in de wetten van Mozes individuele casussen aanleiding tot wetgeving gaf. Het zijn de verhalen van een Samaritaan en een Mauro die ons helpen om het gebod van naastenliefde uit een theoretisch gesteggel te halen. Die ons aantoont dat een beleid wringt. Dat een gedoogconstructie niet deugt. Je vraag je toch af waar het geweten van de SGP zich op zo moment schuil houdt. Dezelfde partij die pleit voor ruimte voor trouwambtenaren om op grond van hun geweten te weigeren wettige huwelijken te sluiten, ziet in het debat geen ruimte om naar hun geweten te handelen en zich uit te spreken voor een meer humaan beleid ten opzichten van minderjarige asielzoekers. Er is maar één woord voor- Hypocriet. Ja naar de letter van de wet zou je kunnen zeggen dat Van der Staaij gelijk heeft, maar uiteindelijk is barmhartigheid en naastenliefde niet in wetten en regels vast te leggen. Soms moet je niet vragen naar de juiste definitie, soms vraag het leven ons: Wil je zelf een naaste zijn?
Vandaag
is Hervormingsdag. Protestanten leggen veel nadruk op de juiste leer. Zeker in
rechtse hoek word het belang van een orthodoxe belijdenis benadrukt. Toch zei
Jezus eens dat het om meer dan een nauwkeurige belijdenis gaat. En wat noemt gij Mij, Heere, Heere! en doet niet hetgeen
Ik zeg? (Luk. 6:46). Niet de meest orthodoxe Schriftuitleg lijkt bepalend te zijn,
maar wat je met de woorden van Jezus doet.
Jezus vroeg de wetgeleerde:"Wie dan van deze drie dunkt u de naaste geweest te zijn ...?"
De wetgever antwoorde: "Die barmhartigheid aan hem gedaan heeft."
Zo zeide dan Jezus tot hem: Ga heen, en doe gij desgelijks. (Luk. 10:36-37)
Wat kan ik voor Mauro en de anderen als hij doen? Ik heb zelf genoeg aan mijn hoofd. Toch denk ik als ik Mauro was, dat ik blij zou zijn met elk mens die niet als de priester of Leviet de andere kant opkijkt en verder gaat. Misschien moet ik toch morgen naar Den Haag om voor het eerst in mijn leven te demonstreren.
Abonneren op:
Posts (Atom)